GEBRUIK VAN NOODSLEUTELS
1. Steek de noodsleutels in het slot en draai deze tegen de klok in.
2. Open door de draaiknop met de klok mee te draaien.
Let op: bewaar de sleutels niet in de kluis!
1. Steek de noodsleutels in het slot en draai deze tegen de klok in.
2. Open door de draaiknop met de klok mee te draaien.
Let op: bewaar de sleutels niet in de kluis!
PLAATS DE BATTERIJEN
1. Open de deur.
2. Plaats de 4x AA-batterijen.
3. Als het rode lampje en het groene lampje branden, betekent dit dat de
spanning te laag is.
Let op: Bij stroomuitval moeten de gebruikers- en mastercode gereset
worden.
GEBRUIKERSCODE INSTELLEN
1. Open de kluis.
2. Open de deksel van het batterijcompartiment en druk op de rode knop
totdat u 1 piepje hoort en het gele lampje gaat branden.
3. Voer de gebruikerscode in (3 tot 8 cijfers) en druk op “E" of "#” om te bevestigen
en het gele lampje zal uitgaan. Nadat de code correct is ingevoerd hoort u
twee piepjes en zal het gele lampje uitgaan.
MASTERCODE INSTELLEN
1. Open de kluis, voer tweemaal “0” in en druk op de resetknop. Begin met
het instellen van de mastercode wanneer het gele lampje brandt.
2. Voer de nieuwe mastercode in (3 tot 8 cijfers).
3. Druk op “E of "#” om te bevestigen en het gele lampje zal uitgaan. Dit geeft aan
dat er met succes een nieuwe mastercode is ingesteld.
DE KLUIS OPENEN
1. Voer uw gebruikerscode of mastercode in.
2. Druk op “E of "#”; het groene lampje zal gaan branden.
3. Draai de knop met de klok mee en trek deze binnen 5 seconden naar
buiten.
DE KLUIS SLUITEN
1. Draai de knop linksom om de deur te sluiten.
AUTOMATISCH SLOT
1. 3 ononderbroken verkeerde invoeracties activeert de waarschuwingstoon
voor 20 seconden.
2. Nog 3 ononderbroken verkeerde invoeracties activeert de
waarschuwingstoon voor 5 minuten.
MONTAGE METHODE
1. Boor gaten voor pluggen op de juiste plaats.
2. Draai de schroeven uit de plug.
3. Stop de pluggen in de geboren gaten en bevestig hier de kluis aan. Draai
de schroeven goed aan om de kluis strak en stevig te bevestigen.
0 Opmerkingen